
Ziekteverzuim omlaag? Leer van een Broodfonds
door Janneke Veger
Biba Schoenmaker
Een kleine geschiedenis
Het initiatief van het broodfonds ontstond ruim elf jaar geleden, omdat zelfstandigen weinig opties hadden om zich te verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid. Natuurlijk is er de particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV), maar die heeft behoorlijk wat nadelen. Een AOV is bovenal erg duur, met veel kleine lettertjes over wanneer er wel en niet wordt uitbetaald. Zo maken de aanbieders van AOV’s, grote particuliere verzekeraars, flink winst op deze tak van sport. Helaas worden ze daardoor bijna altijd onbetaalbaar voor een gemiddelde zzp-er. Daarom startte al weer elf jaar geleden het eerste broodfonds: een soort onderlinge waarborgmaatschappij. Ieder broodfonds is een vereniging een groep van gelijkgezinde ondernemers. Inmiddels zijn er honderden broodfondsen.
Hoe werkt het?
Een broodfonds richt je op met 20 tot 50 andere zelfstandigen, die allemaal gemiddeld minimaal € 750 per maand aan inkomen uit de netto winst van hun bedrijf halen. Samen zetten ze hun afspraken op papier. Iedereen stort per maand een bedrag op een eigen individuele rekening. Wanneer je een hoger bedrag wilt ontvangen als je ziek wordt is je maandelijkse inleg ook hoger. De maandelijkse bedragen die op je rekening stort kies je zelf uit en variëren tussen de 33,- en 112,-. Als iemand in je fonds ziek wordt, dan krijgt diegene kleine schenkingen van iedereen. Deze voorzien samen in een tijdelijk inkomen.
Broodfondsen roepen veel vragen op. Zou dat wel werken, gaan mensen niet frauderen? Hoe controleer je of je fondsgenoot wel echt ziek is? Maar na al die jaren kun je wel stellen dat het werkt. Het langdurig verzuim bedraagt 1,27%. En dat is toch een stuk lager dan het langdurig verzuim bij werknemers.
Ziekte is onderdeel van het leven
‘Ziektesituaties zijn constant aan de hand, ze zijn onderdeel van het normale leven,’ aldus Schoenmaker. Een belangrijk besef. Natuurlijk is het belangrijk om zoveel mogelijk aan preventie te doen, maar je kunt ziekte lang niet altijd voorkomen. ‘Er zijn broodfondsen die heel lang geen zieken hebben, en andere hebben misschien wel vijf langdurige zieken tegelijk. In het laatste geval is er altijd nog een achtervang: de Broodfondsalliantie, dus schenkingen gaan sowieso door.’
Diversiteit zorgt voor kennis
Groepen kunnen zelf kiezen of ze een fonds willen dat bestaat uit mensen van dezelfde beroepsgroep of juist uit verschillende beroepsgroepen. ‘In de praktijk merken we dat het merendeel van de fondsen bestaat uit mensen uit verschillende beroepsgroepen. Binnen ieder fonds is er daardoor zoveel kennis in huis. Dat is leerzaam, er is veel uitwisseling en bovendien wordt zo vaak het netwerk uitgebouwd.’
Breng passie in het werk
‘Als je gelukkig bent, gaat alles beter, ook je werk. Het is heel belangrijk dat je naar het werkgeluk kijkt. Over het algemeen zijn zelfstandigen bezig met hun passie, ze doen wat ze leuk vinden. Dat geeft energie.’ Natuurlijk hebben zelfstandige ondernemers de keuze gemaakt hun passie te volgen en kunnen werknemers dat lang niet altijd, maar wat wel helpt is als leidinggevende en werknemer samen op zoek te gaan naar hoe er meer plezier in het werk kan komen en hoe je passies van individuele werknemers kan proberen te verbinden met de doelen van de organisatie.
Fouten moet je kunnen maken
‘Fouten maken moet niet afgestraft worden. Maak juist fouten, kijk samen hoe het beter kan. Daar groei je juist van. Ondernemers zijn gewend fouten te maken: je doet het continu en je loopt continu risico. Soms gaat het fout, soms gaat het goed. Als je het niet probeert weet je het niet! Ondernemers staan er totaal anders in dan werknemers. Ziekmelden is voor hen echt een drempel. Er wordt juist regelmatig vanuit het bestuur of ander lid aangemoedigd: maak nu gebruik van het broodfonds. Dat komt doordat je als ondernemer veel meer risico’s loopt bij ziekte. Je moet opdrachten afzeggen, je kunt klanten kwijtraken. Terwijl je altijd hard gewerkt hebt voor je eigen onderneming.’
Kleine teams creëren verantwoordelijkheidsgevoel
Kies voor de menselijke maat en kleinschaligheid in je organisatie. ‘Een broodfonds kent niet voor niets een maximum van 50 deelnemers. Kleinere teams zorgen voor meer verantwoordelijkheid. Er is niet de hoop dat iemand anders het oppakt, je bent zelf ook verantwoordelijk. Korte lijntjes, mensen direct kunnen aanspreken. Dat is belangrijk.’ Kleinere teams hebben een grotere sociale samenhang dan grote, anonieme afdelingen. Je doet het samen, je bent er voor elkaar, je laat elkaar niet in de steek.
Geef uitvoering aan ideeën die je zelf hebt gevormd
‘Aan de basis ontstaan de ideeën. Hoe het beter kan en moet. Dit leidt tot meer verantwoordelijkheidsgevoel en een stuk eigenaarschap. Medewerkers moet voelen dan hun ideeën en inbreng waardevol zijn. Dat is wat ondernemers ook voelen en dit zou je ook voor medewerkers kunnen realiseren in organisaties!’ Geef werknemers dus meer regie over hun werk en deel informatie over het reilen en zeilen van de hele organisatie, over de goede zaken en de problemen. Werknemers zullen proberen met oplossingen te komen, die tegelijk hun werk relevanter en betekenisvoller maken. Ook dat leidt tot minder verzuim.
Focus meer op herstel
Bij een broodfonds is er geen controle door een arbodienst of je wel echt ziek bent. ‘Dat doen we bewust niet, we gaan uit van de verantwoordelijkheid van de ondernemers zelf. Als ondernemer wil je zo snel mogelijk aan de slag en geen klanten kwijtraken. Herstellen doen ze zelf en ze zoeken hun eigen professionals. Het bestuur van ieder broodfonds heeft elke maand contact met de zieke. Dit contact is gericht op herstel, niet op controle. Natuurlijk moet het bestuur wel weten hoe het gaat, of er sprake is van meer of mindere arbeidsgeschiktheid. Zo weet je of de schenkingen aangepast moeten worden.’ Werknemers verliezen bij ziekte geen klanten of opdrachtgevers en krijgen bijna altijd vanaf dag één hun volledige loon doorbetaald, maar er zijn nog teveel arbodiensten en werkgevers alleen maar bezig met controle en registratie, niet met het herstel.
Creëer een buddy-systeem
Naast het contact met het bestuur is er vaak ook een buddy-systeem. Dan is er een sociale buddy en zakelijke buddy: zo kunnen de zieke deelnemers vragen om hulp en advies. ‘Meestal schrijft de zieke zelf een kort verslagje. Alle leden krijgen dit verslag over wat er aan de hand is. Dat is positieve sociale controle.’ Het is belangrijk dat mensen weten naar welke zieke hun schenking gaat. ‘Ze sturen een kaartje of brengen soep. Dus we stimuleren betrokkenheid van de andere deelnemers als iemand ziek is.’ Ook dit is wellicht een mooie tip: laat niet alleen de direct leidinggevende, al dan niet via de bedrijfsarts, contact houden met de zieke werknemer. Schakel directe collega’s als buddy’s in om het contact te onderhouden, dat biedt steun en support. Niemand wil ziek zijn, daar word je niet gelukkiger van. Van positieve aandacht wel.
Meer weten over broodfondsen? Ga naar www.broodfonds.nl