Tjakka
Werklozen zien het weer helemaal zitten op de arbeidsmarkt. Met deze boodschap stuurde vacaturesite Jobbird half januari een persbericht de wereld in. De recruiter had een onderzoekje gedaan en daaruit kwam naar voren dat 63 procent van de werklozen er met frisse moed tegenaan gaat.
Zo zijn er meer onderzoeken die mooie tijden op de arbeidsmarkt suggereren. Yacht, een detacheerder, signaleerde onlangs een grote vraag naar financieel personeel. Dat zijn mooie berichten, maar wel uit verdachte bron. Headhunters, uitzenders en detacheerders hebben alle belang bij een arbeidsmarkt die snort als een geoliede motor.
Die motor draait, maar die olie? Onlangs werd bekend dat de gedwongen huizenverkoop de pan uit rijst. Werkloosheid is een van de grote boosdoeners. Rechtsbijstand deskundigen verwachten dat het aantal ontslagen dit jaar zal stabiliseren, maar niet zal dalen.
Arbeidseconomen geloven allerminst in een herstel van de werkgelegenheid. Een trendrapport uit 2012 (van het kenniscentrum Ecabo) voorzag weinig goeds. Dit jaar zit er nog geen herstel van de werkgelegenheid in. In de jaren erna is er wat extra werk in de zorg, maar in de marktsector sneuvelen dan nog steeds meer banen dan erbij komen.
Dit is alweer een oude voorspelling, maar toch zijn er meer signalen die wijzen op een arbeidsmarkt die nog lang niet uit de lappenmand is opgestaan. Nog maar twee maanden geleden orakelde de OESO dat onze economie zwak zou blijven. De werkloosheid blijft krimpen tot in 2015.
Vertrouwen aanjagen door goed nieuws te verkopen is een oeroude economische truc. Vertrouwen is namelijk een belangrijke pijler onder het economisch verkeer. Politici en economen roepen daarom graag dingen die ons vertrouwen in de economie moeten versterken.
Toen de huizenmarkt in de VS ineen stortte (2008), zei onze minister van financiën Wouter Bos dat onze economie robuust was. Hij zag geen redenen om te bezuinigen. De huidige premier Rutte bedient zich graag van blijde profetieën. Critici noemden hem al de tjakka-premier.
Het is mooi, dat vertrouwen in de aantrekkende economie. Maar voorlopig is er nog geen herstel en balanceren we als vanouds op het randje van de volgende crisis. Dat we blij vooruit kijken komt vooral omdat er geen ander uitzicht meer is. Dat zijn de omstandigheden waarin we onze motor moeten laten draaien. Leuk is anders, maar ondertussen zijn we er zo aan gewend dat we hebben geleerd om blij te zijn in het donker. Dat is de grootste winst van de zeven magere jaren. We laten ons niet meer intimideren door tegenslag.
